De Bezemstraat loopt van de Gedempte gracht naar de Sint Jacobstraat en werd rond 1600 aangelegd. Deze straat was eeuwenlang het centrum van de joodse wijk.

De Zuid Singelsgracht tussen het Groenewegje en de Bierkade is veel breder dan de andere Haagse singelgrachten. Dit strategisch gelegen water was bij de aanleg in 1614 dan ook bedoeld als haven.

De eerste Haagse bioscoopvoorstelling vond plaats op 9 juni 1896 in het Kurhaus. Dit exclusieve programma van de Cinematographe Lumière was bedoeld voor de gefortuneerden. Vanaf het begin van de twintigste eeuw nam de arbeidsduur voor het gewone volk echter geleidelijk af. Hierdoor kwamen sport, theater en bioscoop ook binnen het bereik van deze groep.

Aan de St. Jacobstraat (Centrum), tegenover de Nieuwe Kerk, tussen huisnummer 113 en 137 bestond in de 18e eeuw een hofje genaamd Glasenmakerspoort. Het wordt vermeld in het buurtboek van de St. Jacobstraat 1785 op bladzijde 18. Na de oorlog is dit deel van de Joodse buurt volledig afgebroken.

In de 17e eeuw droegen Kerkelijke en semi-overheidsinstellingen op beperkte schaal zorg voor armen, zieken en bejaarden. Wie arm was, moest het eigenlijk hebben van goedgeefse particulieren. Een beproefde manier om blijvend goed werk te doen, was het stichten van een hofje.

De Weversplaatsligt in het centrum van Den Haag op het kruispunt van de Vlamingstraat, Spuistraat, Wagenstraat en Venestraat. Vanuit Schotland, Engeland en Vlaanderen werden in de 14e eeuw schapenvellen aangevoerd ten behoeve van de lakenindustrie. Dat was het gevolg van de aanwezigheid van het hof, waar de leden van de grafelijke hofhouding in laken gekleed moesten gaan.